Stadslanderijen mogen tot 2026 op Dijklanden blijven

Artikel bron: De Stentor. Tekst: Pauline Plat. Foto's: Frans Paalman.
Wil je een fles verse biologische melk of een biobiefstuk uit de omgeving van Zwolle? Dan moet je bij de Zwolse Stadslanderijen zijn. De organisatie mag nu tot in ieder geval 2026 blijven op de locatie Dijklanden, vlakbij de Aa-landen. Maar hoe krijgen bioboeren het landschap gezond, terwijl ze ook kwaliteitsproducten aanleveren? Met die vraag in het achterhoofd struinen een stel boeren en ecologen vrijdagmiddag 21 maart 2021 door het kniehoge gras.

,,Kijk, dit is een kruidenrijk gebied. Wat zou je hier op laten grazen?” Op een regenachtige vrijdagmiddag heeft een groepje zich verzameld op een -op het eerste oog- overwoekerd, verwaarloosd grasveld in het gebied Dijklanden, vlak achter de Aa-landen. Het gras tot komt aan de knieën, de vossenstaarten vieren hoogtij en hier en daar zijn plukjes boterbloemen te zien. Maar schijnt bedriegt: het grasveld is heel bewust al een poos niet gemaaid.

Natuurinclusief

Jos van Leussen lanceerde begin 2016 het plan om braakliggende bouwgrond aan de stadsranden te gebruiken voor het opzetten van een lokale voedselketen, met oog op de natuur. Natuurinclusief of extensief boeren wordt dat ook wel genoemd: boeren met minder focus op productie, maar juist met oog voor de omgeving.

,,We willen bijdragen aan de biodiversiteit in ons gebied”, legt Van Leussen uit. Eind 2018 bepaalde de gemeente dat de Stadslanderijen nog zeker 2 jaar op locatie Dijklanden mochten blijven voor deze manier van boeren, nu is dat dus tot -in ieder geval- 2026. ,,We hebben er vertrouwen dat dit ooit wordt omgezet in een definitieve situatie.”

Grasspriet

Van Leussen is er samen met boeren en ecologen van de gemeente Zwolle en provincie Overijssel bijeengekomen om een ‘concreet meerjarenplan’ te bespreken. ,,De grote vraag is: hoe krijgen we hier een goed evenwicht van goede producten van het land, mét oog voor biodiversiteit? Dat vergt tijd en overleg. We moeten dingen uitproberen.”

Hij haalt een papiertje uit zijn tas en tuurt over het veld. De wei waar ze nu staan, mag niet bemest worden en niet te vaak gemaaid worden, valt er op het papiertje te lezen. De natuur mag dus zoveel mogelijk doen wat 'ie wilt. Boer Ellen de Lange stopt een grasspriet in de hoek van haar mond. ,,Want dat draagt bij aan de biodiversiteit, ja.”

Turbogras

Maar dat kost wat, dat natuurinclusief boeren, legt boer Harold van Vilsteren uit. ,, Als je je alleen maar op productie focust, moet de wei een groen vlak zijn. Van dat turbogras, met veel eiwitten.” Hij gebaart naar het grasveld voor hem. ,,Dan ziet het veld er niet zo uit. Het probleem is wel: als je wél op diversiteit focust, gaat je melkproductie omlaag. Er zit dan minder energie in het voer.”

Daardoor wordt de melk duurder, vertelt hij. ,,Als consumenten dus alleen maar van die turbograsmelk drinken, dan heeft dat invloed op het landschap. Consumenten bepalen het landschap.” De Zwolse Stadslanderijen willen mensen juist motiveren om wél de biomelk te drinken  uit een gezond en soortenrijk landschap, vertelt Van Leussen.

,,We willen een combinatie maken: een iets hogere prijs van een product, maar ook de pachtprijs van de grond omlaag. Daardoor hoeft de retailprijs niet enorm veel hoger te zijn, en zullen meer mensen het kopen.” De Stadslanderijen hebben dan ook een overeenkomst met de gemeente gesloten over een lagere pachtprijs voor de grond, in ruil voor extensiever boeren. Gemeente-ecoloog Erik Rosendaal: ,,Een goede zaak. Zo zou het ook moeten gaan”.

Nu al diverser

Boer Van Vilsteren kijkt uit over het wijde grasland. ,,Ik ben ervan overtuigd dat het gaat lukken.", zegt hij fronsend. ,,Kijk om je heen: het landschap is nu al diverser, omdat we hier al jaren bewust bezigzijn. Dat kan alleen maar voortuitgaan. Maar dat kost wel tijd.”

Deel dit bericht